Export mest stijgt in het derde kwartaal

Export van dierlijke mest stijgt in het derde kwartaal van 2024

In het derde kwartaal van 2024 is de export van dierlijke mest flink gestegen. In de eerste negen maanden van het jaar werd 4% meer mest geëxporteerd dan in 2023, goed voor 73.858 vrachten en 2,18 miljoen ton mest. Dit bevatte 29,2 miljoen kilo fosfaat en 30,79 miljoen kilo stikstof, volgens cijfers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).  

De export van fosfaat steeg met 3,1%, terwijl stikstof 1,7% meer werd geëxporteerd. Deze stijging is opvallend, gezien de export in de eerste helft van het jaar gelijk bleef aan een jaar eerder. De cijfers lijken meer op die van de jaren 2021-2022, maar liggen nog steeds lager dan in de jaren 2019-2020, toen de export 15-19% hoger was. In 2023 was de mestexport opvallend laag ten opzichte van de jaren daarvoor.

Duitsland en Frankrijk blijven de grootste afnemers

De meeste mest ging naar Duitsland, met ruim 1 miljoen ton, goed voor 6,9 miljoen kilo fosfaat en 9,6 miljoen kilo stikstof. Frankrijk is de grootste afnemer op basis van mineralen, vooral pluimveemest, die rijker is aan fosfaat en stikstof. De mineralengehaltes van mest voor Frankrijk zijn dan ook veel hoger dan voor Duitsland: 16,1 kg fosfaat en 12,9 kg stikstof per ton, tegenover 5,5 kg fosfaat en 7,4 kg stikstof per ton naar Duitsland.

De export naar Frankrijk steeg met 9%, terwijl de export naar Duitsland met 4% toenam. De export naar België bleef gelijk, maar naar andere landen nam de export met 14% af.

Mestexport als oplossing voor mestoverschot

De stijging in export is onderdeel van de strategie van landbouwminister Femke Wiersma om het mestoverschot aan te pakken. Ze wil een speciaal mestgezant aanstellen om de export te bevorderen, ook naar nieuwe markten, zoals Oost-Europa. Uit onderzoek van brancheorganisatie Cumela blijkt dat 30% van de mestdistributeurs die nu nog niet exporteren, dit in de toekomst wel willen doen.